Eerste statie
Jezus wordt veroordeeld
A. Servaes :
Jezus, rechtstaande,
onderworpen, kalm en
de blik in de verte…
Tweede statie
Jezus neemt het kruis
op de schouder
A. Servaes :
Men zou moeten zeggen:
‘Jezus neemt zijn kruis aan’.
Derde statie
Jezus valt een eerste
maal
A. Servaes:
Jezus valt op de knieën,
Hij laat het kruis niet los.
Hij aanvaardt het.
Vierde statie
Jezus ontmoet zijn moeder
A. Servaes :
Zij spreken elkaar aan
zonder naar elkaar te kijken.
Diepe eenheid. Beiden
houden het kruis vast.
Vijfde statie
Simon helpt Jezus
A. Servaes :
Als men Zijn kruis draagt
na Jezus, wordt men aan
Hem gelijk.
Zesde statie
Veronica beurt Jezus op.
A. Servaes:
Jezus en Simon kijken,
naar Veronica. Zij biedt
Jezus’ Aanschijn ter
aanbidding aan.
Zevende statie
Jezus valt een tweede
maal
A. Servaes :
Jezus ploft als het ware
in een duistere afgrond.,
Zijn kruis… Hij houdt het
steeds vast.
Achtste statie
De vrouwen van Jeruzalem
weeklagen
A. Servaes :
De vrouwen bezien de Heer
niet… zij kennen slechts
‘gevoelens’… Jezus kijkt
over hun hoofden heen :
ween niet over mij.
Negende statie
Jezus valt een derde
maal
A. Servaes:
Jezus valt dieper, is een
gebroken man. Zijn kalme,
gelaat toont zijn gerichtzijn.
op de wil van de Vader.
Tiende statie
Jezus wordt beroofd van
zijn kleren
A. Servaes :
Uiterst stilzwijgen….
Elfde statie
Jezus wordt terechtgesteld
A. Servaes :
Jezus laat zich kruisigen
door booswichten die er dom
uitzien, die niet weten wat
ze doen.
Twaalfde statie
Jezus sterft
A. Servaes:
Jezus : zacht, kalm,
goddelijk gelukkig.
Maria, Johannes, Magdalena :
allen innig één.
Dertiende statie
Jezus wordt afgenomen
van het kruis
A. Servaes :
Maria, bescheiden,
toont ons haar Jezus
‘belicht’ in de gewilde
dood. Welke vrede !.
Veertiende statie
Jezus wordt begraven
A. Servaes:
Onberedeneerde gebaren
als een gebed…Jezus lijdt
niet meer. Het is eeuwige
rust en vrede..